Ieder jaar vindt begin januari de CES plaats, een grote technologiebeurs in Las Vegas. Dit jaar was het van 6 tot 9 januari. Ik heb daarvan niet zo heel veel voorbij zien komen dat relevant is voor het onderwijs. Maar dat kan ook aan mij liggen.
Twee grote merken kwamen met materiaal op het gebied van leren programmeren.
Fisher Price kwam met de Code-a-pillar. Een robotrups die uit verschillende segmenten bestaat. Die segmenten kun je in verschillende volgordes aan elkaar klikken. En afhankelijk van die volgorde gaat hij dan 'dingen doen'. De begeleidende tekst zegt dat het een soort basisprogrammeren voor jonge kinderen is. Hoewel ik daarop nogal wel wat durf af te dingen, lijkt het me leuk speelgoed. Het apparaat moet rond de 50 dollar gaan kosten. Of het ding ook in Nederland in de winkels komt, vermeldt het bericht niet. En ik zie het eerlijk gezegd niet snel verschijnen in het onderwijs.
Lego komt met een nieuwe versie van de WeDo lijn. WeDo 2.0. Het is een programmeerlijn die speciaal voor het onderwijs ontwikkeld is. Het lijkt een beetje op MindStorms, maar het is wel anders. Dit platform koppelt ook met mobile devices op Android en iOS waardoor je het programmeren van de slimme blokjes ook op je iPad of je telefoon kunt doen. De instructies worden dan doorgegeven via bluetooth naar de slimme steen in je model.
Bij MindStorms heb je een pc nodig waarop je de programmeercode in elkaar zet. WeDo lijkt door het gebruik van tablets weer net even iets moderner en intuïtiever.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten