vrijdag 20 juni 2014

MaakOnderwijs en 3D printen

Afgelopen woensdag vond de laatste ambassadeursbijeenkomst van SCOH van dit jaar plaats. Dat programma is een paar jaar geleden opgezet met begeleiding van Kennisnet. Daarna hebben we het zelfstandig voortgezet. Binnen dit programma komen de ict-coördinatoren van SCOH vijf keer per jaar bij elkaar om elkaar te ondersteunen in het werk dat als ict-coördinator op je afkomt. Zo af en toe heb ik de behoefte om hier daarover iets te delen.

Deze keer had ik Kathelijn Rombaut van MaakOnderwijs uitgenodigd om een presentatie te komen verzorgen over het gebruik van 3D printers in het (basis)onderwijs. Zij werkt voor één van de organisaties achter dit initiatief: ABC-onderwijsadviseurs. Ik werd op dit spoor gezet dankzij één van de deelnemende ict-coördinatoren die hier een interesse in had.

Kathelijns verhaal was helder. De techniek van 3D printen is in haar ogen een soort kapstok om andere onderwijs- en leeractiviteiten aan te koppelen. Het motiveert leerlingen enorm om met deze technologie te werken. Ze kunnen dingen maken die eerder niet bereikbaar waren. Maar ze leren ook gelijk nadenken over hoe dat dan in zijn werk gaat. Je gaat eerst een ontwerp maken. Vaak gewoon op papier. Dat moet je daarna digitaal in de computer zien te krijgen. Dat creatieve proces vereist ook logisch nadenken. Je moet bijvoorbeeld nadenken over verhoudingen, leren omgaan met verschillende perspectieven, en je moet rekening houden met de productietijd. Leerlingen leren samenwerken, met feedback omgaan en elkaar prijzen. Met andere woorden, je kunt rondom een 3d-printproject enorm veel leeractiviteiten verzinnen waarbij deze technologie simpelweg de katalysator is.
Zij zette het heel duidelijk in die context. Onderstaand filmpje illustreert dat wel aardig.




Binnen de projecten die MaakOnderwijs met scholen doet, is het de bedoeling dat de school zelf een printer aanschaft. MaakOnderwijs verzorgt dan de begeleiding. Ze hebben een lessenserie die naar wens aangepast kan worden, maar ook zo van de plank gebruikt kan worden.
Mocht je voor je school op zoek zijn naar concrete handvatten om met 3D printers te gaan werken, dan kan ik je aanbevelen om eens bij MaakOnderwijs te informeren.

We werden (als een soort bonus) ook nog geïnformeerd over allerlei initiatieven waar je als particulier ook wat aan hebt als je met 3D printers aan de slag wilt. Je hoeft namelijk niet gelijk een printer aan te schaffen. Er bestaat een gemeenschap die online te vinden is van mensen die zo'n apparaat thuis hebben staan. En daardoor kun je contact zoeken met iemand in de buurt die voor jou je ontwerp kan uitprinten. Je vindt die gemeenschap op www.3dhubs.com. In Den Haag zijn op die manier bijvoorbeeld 61 printers toegankelijk.
De ontwerpsoftware is veelal gratis beschikbaar. Je kunt ontwerpen in Sketchup, Thinkercad of Blender. Als ik het goed begrepen heb, moet je daarna even kijken op welke printer je wilt gaan printen, want niet iedere printer werkt met dezelfde bestandsformaten. Vanuit het ontwerpprogramma moet je je bestand dus converteren naar het bestandsformaat voor de bedoelde printer. Daar zijn we tijdens de sessie eigenlijk verder niet op ingegaan. Het leek mij een beetje een praktijk zoals het met filmpjes soms ook werkt. Daar is ook niet echt één standaard en ligt het er een beetje aan op welk apparaat je het wilt afspelen.
Mocht je geen inspiratie hebben, of simpelweg niet helemaal van 'scratch' af willen beginnen, dan kun je ook nog terecht op Thingiverse.com. Daar kun je allerlei ontwerpen downloaden en in sommige gevallen kun je ze ook aanpassen naar eigen wens.

Al met al een hebben we een inkijkje gekregen in de wereld van 3D printing. En ook al heb ik wel de berichten gelezen dat in sommige buitenlanden al vanuit de overheid 3D printers op scholen zijn neergezet, toch had ik het nog niet echt in beeld. Op de vraag of deze technologie dan inderdaad maar de scholen ingereden moet worden, kan ik niet bevestigend antwoorden. Technologiepush werkt slecht op scholen. Dat heeft het verleden ons al wel geleerd. Maar hoe dan?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten